Hardik zeg het maar zoals het isbotjouw soort grijpt me naar de strotuitschotjullie maken alles kapotvuilnisen je ruikt ook niet frisik ben meer van de gestampte poten nu opgerot
ik zeg het maar zoals het isbotjouw soort grijpt me naar de strotuitschotjullie maken alles kapotvuilnisen je ruikt ook niet frisik ben meer van de gestampte poten nu opgerot
Wegcontinu bewust van doen en zijn continue onrust in zin en brein en wat als eens niet? als niemand mij hoort en ziet? hoe zen als ik eens niet ben
Woeshde potjes waaien van tafel door de deur komt een spook de wind laat zich horen er één laten kan ik ook
Donkerhet mag donker zijn grimmige sferen kleurloze kleren onverlichte stegen duistere wegen zwicht voor zwart en zwaar verlicht tristesse als een zegen