NevelIk kijk niet aldoor naar je omMaar als ik het doeVraag ik me af waaromWaarom ik dat doeAls ik je vaag begroetVraag ik me afHoe ik dat bedoelZo koel, zo logIk vraag me afWaaromZou het zijn dat je tochToch iets met me doet
Ik kijk niet aldoor naar je omMaar als ik het doeVraag ik me af waaromWaarom ik dat doeAls ik je vaag begroetVraag ik me afHoe ik dat bedoelZo koel, zo logIk vraag me afWaaromZou het zijn dat je tochToch iets met me doet
Wegcontinu bewust van doen en zijn continue onrust in zin en brein en wat als eens niet? als niemand mij hoort en ziet? hoe zen als ik eens niet ben
Woeshde potjes waaien van tafel door de deur komt een spook de wind laat zich horen er één laten kan ik ook
Donkerhet mag donker zijn grimmige sferen kleurloze kleren onverlichte stegen duistere wegen zwicht voor zwart en zwaar verlicht tristesse als een zegen